top of page

Parathyroidectomie - Verwijderen van een bijschildklier

De bijschildklieren zijn kleine kliertjes in de hals, meestal vier in aantal, die achter de schildklier liggen. Ze produceren het parathyroïdhormoon (PTH), dat een belangrijke rol speelt in de calciumhuishouding van het lichaam. Met ander woorden de bijschildklieren regelen het kalkgehalte van ons lichaam: de opname in de darmen en de verdeling naar het bloed en naar onze botten.

​

Waarom een parathyroïdectomie?

Een operatie aan de bijschildklieren (parathyroïdectomie) is nodig wanneer één of meerdere bijschildklieren te veel PTH produceren (hyperparathyreoïdie). Dit kan leiden tot een te hoog calciumgehalte in het bloed, met klachten als vermoeidheid, spierzwakte, nierstenen, botontkalking en depressie.​

parathyroidectomie

Doel van de ingreep

Het doel van de operatie is om de overactieve bijschildklier(en) te verwijderen en zo het calciumgehalte in het bloed te normaliseren.

​

De technische aspecten van de operatie

  • Verdoving: De operatie vindt plaats onder algehele narcose.

  • Procedure: De chirurg maakt een kleine incisie in de hals, meestal net boven het borstbeen. Via deze incisie worden de bijschildklieren opgezocht en de overactieve klier(en) verwijderd. Soms is het nodig om alle vier de bijschildklieren te verwijderen. In dat geval wordt een klein stukje van een bijschildklier teruggeplaatst.

  • Duur: De operatie duurt gemiddeld 1 tot 2 uur.

​

Na de operatie

  • Herstel: Na de operatie verblijft u meestal één nacht in het ziekenhuis.

  • Wondverzorging: De wond wordt gehecht en soms wordt er een drain geplaatst om wondvocht af te voeren.

  • Controles: Uw calciumgehalte wordt na de operatie regelmatig gecontroleerd.

 

Mogelijke complicaties

Zoals bij elke operatie zijn er ook bij een parathyroïdectomie risico's, zoals:

  • Nabloeding

  • Infectie

  • Heesheid (tijdelijk of, in zeldzame gevallen, blijvend) door beschadiging van de stembandzenuw

  • Laag calciumgehalte (hypocalciëmie) Dit kan leiden tot tintelingen rond de mond en in de vingers, spierkrampen en in ernstige gevallen toevallen. Meestal is dit tijdelijk en kan het behandeld worden met calciumsupplementen.

  • Beschadiging van de bijschildklieren: In zeer zeldzame gevallen kan het gebeuren dat alle bijschildklieren beschadigd raken, wat leidt tot blijvende hypocalciëmie.

​

​

Deze informatie heeft tot doel u algemeen geldende inlichtingen over dit soort operaties te verschaffen. Uiteraard is het mogelijk dat in uw individueel geval bepaalde aspecten van dit document niet van toepassing zijn of juist meer of bijkomend moeten besproken worden met uw chirurg. Vergeet niet om aan uw chirurg alle informatie betreffende uw algemene gezondheidstoestand te melden, alsook alle medicamenten die u regelmatig neemt -vooral Aspirine en aanverwante producten, of andere medicatie die de stolling kan beïnvloeden. De algemene verdoving (narcose) wordt best vooraf met de geneesheer-anesthesist besproken

bottom of page