Informatie bij het verwijderen van de onderkaakspeekselklier - submandibulaie spekselklier
​​Er zijn 2 onderkaakspeekselklieren, die samen met de 2 oorspeekselklieren en de ondertongspeeksel-klieren de zes grote speekselklieren vormen. Samen met talloze kleinere speekselklieren zorgen ze voor speekselproductie.
​
Een operatie om de onderkaakspeekselklier te verwijderen kan nodig zijn in de volgende gevallen:
-
Herhaaldelijke ontstekingen: Als de klier vaak ontstoken raakt, bijvoorbeeld door speekselstenen die de speekselafvoer blokkeren.
-
Gezwel: Als er een gezwel in de klier zit, moet deze verwijderd worden. Meestal is zo'n gezwel goedaardig, maar soms kan het ook kwaadaardig zijn.
-
Verstopping van de speekselafvoergang: Als de afvoergang van de klier verstopt is en niet op een andere manier behandeld kan worden.
De technische aspecten van de operatie
De onderkaakspeekselklier wordt verwijderd onder algehele narcose, via een huidinsnede onder de kaakrand. In dit gedeelte loopt een tak van aangezichtszenuw, de tong- en de smaakzenuw. Er wordt maximaal getracht deze structuren te sparen. De operatie eindigt met het plaatsen van een wonddrain, en het hechten van de wonde. De duur van de ingreep bedraagt ongeveer een uur.
​​​
Na de operatie
-
Herstel: Na de operatie verblijft u meestal één nacht in het ziekenhuis.
-
Wondverzorging: De wond wordt gehecht en er wordt meestal een drain geplaatst om wondvocht af te voeren.
-
Eten en drinken: U mag na de operatie weer normaal eten en drinken.
​
Zoals bij elke operatie zijn er ook bij een submandibulaire klierresectie risico's, zoals:
-
Nabloeding
-
Infectie
-
Beschadiging van zenuwen: In zeldzame gevallen kan er beschadiging optreden van de aangezichtszenuw (met een tijdelijke zwakte van de mondhoek tot gevolg), de tongzenuw (met een doof gevoel in een deel van de tong tot gevolg) of de smaakzenuw.
-
Droge mond: Soms kan de mond na de operatie wat droger aanvoelen, maar dit is meestal tijdelijk.
-
Zwelling: Er kan zwelling optreden in het operatiegebied.​
​
Deze informatie heeft tot doel u algemeen geldende inlichtingen over dit soort operaties te verschaffen. Uiteraard is het mogelijk dat in uw individueel geval bepaalde aspecten van dit document niet van toepassing zijn of juist meer of bijkomend moeten besproken worden met uw chirurg. Vergeet niet om aan uw chirurg alle informatie betreffende uw algemene gezondheidstoestand te melden, alsook alle medicamenten die u regelmatig neemt -vooral Aspirine en aanverwante producten, of andere medicatie die de stolling kan beïnvloeden. De algemene verdoving (narcose) wordt best vooraf met de geneesheer-anesthesist besproken​​